Bedieningskabel, schakeling

Verdere links

Andere artikelen uit het productaanbod van het merk DT Spare Parts

Opmerking: Accessoires staan vermeld op de betreffende artikelpagina in het Partner Portal.

Tips & trucs:

Bij de uitwisseling moet erop gelet worden dat de juiste Bowdenkabellengtes (zie richtlijn vanwege de fabrikant van het voertuig),
-kleuren en –uiteinden ingebouwd worden.

Demontage

1. Bestuurderscabine kantelen resp. motorkap openen (parkeerrem bedienen!).
2. Afdekking van de Bowdenkabels demonteren.
3. Grijze kabel van de afdekking lossen (de weerhaken moeten ingeklapt worden).
4. Bowdenkabel uit de regelhefboom met behulp van een speciale tang (Volvo 9990091) of geschikt gereedschap demonteren.
   Belangrijk: Bowdenkabel wordt beschadigd, dient in de Bowdenkabel ingedraaid te worden.
5. Het deksel voor de Bowdenkabels in de regulateurkast demonteren.
6. De Bowdenkabel van de hefboom van de schakelgeleiding lossen.

Montage

1. Belangrijk: Bowdenkabels eerst in de regulateurkast bevestigen!
   Bowdenkabel monteren en vastklemmen. De Bowdenkabel voor de regelhefboom (grijs) komt in de bovenste doorvoering van de Bowdenkabel die aan de bevestiging van de regulateurkast blauw gekenmerkt is.
2. De Bowdenkabel in het voertuig leggen.
   Belangrijk: De legafstand varieert afhankelijk van het voertuigtype
   (richtlijnen vanwege de fabrikant van het voertuig in acht nemen).
3. Bowdenkabels in de regelhefboom monteren.
4. Bowdenkabel bevestigen en op lichtlopendheid controleren.
5. Deksel voor de Bowdenkabels in de regulateurkast monteren.
6. Deksel voor de Bowdenkabels in de regelhefboom monteren.
7. Bestuurderscabine omlaag kantelen resp. motorkap sluiten.
   Na de montage moeten volgende functies nagekeken worden:
   a. Is het opnieuw kantelen van de bestuurderscabine zonder problemen mogelijk?
   b. Geraken de Bowdenkabels na het kantelen weer in de juiste positie?
   c. Is het mogelijk, bij een normale kracht de versnellingen in te schakelen?
   Opmerking: Wanneer de versnellingen slechts stroef ingeschakeld kunnen worden, opnieuw de correcte montage van de voor het voertuig voorziene Bowdenkabel vrijwaren. De Bowdenkabels niet met vet insmeren!